Terugblik talentbegeleidersbijeenkomsten 2024-2025

Beide middagen stonden in het teken van kennisdeling, inspiratie en ontmoeting tussen professionals uit het PO en VO die zich inzetten voor de begeleiding van (hoog)begaafde leerlingen.

Bron: Saskia Claassens-Hopstaken – De Intenso-methode

Tijdens de eerste bijeenkomst nam Hanke Kieviet ons mee in de wereld van de Overexcitabilities van de Poolse psychiater Dabrowski. Deze vijf overprikkelbaarheden – zintuiglijk, intellectueel, imaginatief, psychomotorisch en emotioneel – vormen volgens zijn theorie een kernaspect van de ontwikkeling van (hoog)begaafde kinderen. Kinderen met deze gevoeligheden ervaren de wereld intens en rijk. Met de juiste begeleiding kunnen deze eigenschappen bijdragen aan een krachtige en positieve ontwikkelingslijn.

Naast deze theoretische verdieping was er ruimte om ervaringen uit te wisselen. Aan interactieve tafelrondes deelden talentbegeleiders van verschillende scholen materialen, methodes en inspirerende praktijkvoorbeelden. De middag werd door deelnemers als zeer waardevol ervaren, juist vanwege het informele en open karakter.

De tweede bijeenkomst, op 16 april, kende een bredere opzet. Naast talentbegeleiders uit het PO en VO, waren ook intern begeleiders, leerlingcoaches, zorgcoördinatoren en BPO’ers van het samenwerkingsverband uitgenodigd. Stevie van Buuren (Cedin) verzorgde een inhoudelijke training met als thema: Hoogbegaafd en onderpresteren. Deelnemers kregen verdiepende inzichten in het herkennen en begeleiden van onderpresterende leerlingen – vanuit het perspectief van zowel leerling als professional. Aan de hand van diverse modellen en theorieën werd besproken hoe talentbegeleiders hun collega’s kunnen coachen en hoe het gesprek over onderpresteren op gang gebracht kan worden.

Hoewel de middag rijk gevuld was met kennis en inspiratie, was er weinig tijd over voor uitwisseling en intervisie. Uit de evaluaties bleek dat hier juist veel behoefte aan is. Die feedback nemen we mee naar de volgende bijeenkomst, waar we bewust meer ruimte zullen creëren voor ontmoeting en verdieping in kleiner verband.